Pratiche sleali 2005/0029 NL
BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf
- administratieve 8
- rechterlijke 6
- beweringen 6
- procedure 4
- handelaar 4
- indien 4
- worden 4
- feitelijke 4
- bewijzen 4
- lijkt 2
- gelet 2
- omstandigheden 2
- zaak 2
- kwestie 2
- onjuist 2
- artikel 2
- beschouwen 2
- partij 2
- overeenkomstig 2
- bepaalde 2
- onder a 2
- geëiste 2
- niet 2
- aangedragen 2
- door 2
- instantie 2
- onvoldoende 2
- passend 2
- inachtneming 2
- andere 2
- bedoelde 2
- instanties: 2
- staving 2
- lidstaten 2
- verlenen 2
- instanties 2
- bevoegdheden 2
- tijdens 2
- artikel 2
- civielrechtelijke 2
- elke 2
- eisen 2
- aandraagt 2
- voor 2
- juistheid 2
- verband 2
- handelspraktijk 2
- rechtmatige 2
- belangen 2
- geacht 2
Artikel 12
Rechterlijke en administratieve instanties: staving van beweringen
De lidstaten verlenen de rechterlijke of administratieve instanties bevoegdheden om, tijdens de in artikel 11 bedoelde civielrechtelijke of administratieve procedure,
a) | te eisen dat de handelaar bewijzen aandraagt voor de juistheid van de feitelijke beweringen in verband met een handelspraktijk indien, met inachtneming van de rechtmatige belangen van de handelaar en van elke andere partij bij de procedure, die eis passend lijkt, gelet op de omstandigheden van de zaak in kwestie, en |
b) | feitelijke beweringen als onjuist te beschouwen, indien de overeenkomstig het bepaalde onder a) geëiste bewijzen niet worden aangedragen of door de rechterlijke of administratieve instantie onvoldoende worden geacht. |
Artikel 12
Rechterlijke en administratieve instanties: staving van beweringen
De lidstaten verlenen de rechterlijke of administratieve instanties bevoegdheden om, tijdens de in artikel 11 bedoelde civielrechtelijke of administratieve procedure,
a) | te eisen dat de handelaar bewijzen aandraagt voor de juistheid van de feitelijke beweringen in verband met een handelspraktijk indien, met inachtneming van de rechtmatige belangen van de handelaar en van elke andere partij bij de procedure, die eis passend lijkt, gelet op de omstandigheden van de zaak in kwestie, en |
b) | feitelijke beweringen als onjuist te beschouwen, indien de overeenkomstig het bepaalde onder a) geëiste bewijzen niet worden aangedragen of door de rechterlijke of administratieve instantie onvoldoende worden geacht. |
whereas